Bekijk hier de actuele meldingen: nieuwe schalen VO toetsen Meer info…

Het verhaal van Diataal

« Vorige pagina

In 2011 startte Hilde Hacquebord het bedrijf Diataal BV vanuit de Rijksuniversiteit Groningen. Na het terugkoppelen van resultaten van haar promotieonderzoek aan deelnemende scholen, bleek dat deze scholen de toetsboekjes graag wilden houden. Het leverde de scholen veel op, niet alleen voor de anderstalige leerlingen, ook de Nederlandstalige leerlingen hadden moeite met tekstbegrip. Met name het diagnostische aspect van de toetsen sprak de scholen aan.

Leesprofielen

Hacquebord had in haar onderzoek ontdekt dat leerlingen een vergelijkbare leesprestatie kunnen leveren (Turkse leerlingen deden het niet veel slechter dan Nederlandse leerlingen), maar dat onder de toetsresultaten verschillende lezersprofielen schuilgaan. Bij de Turkse leerlingen zag zij woordproblemen (microniveau), maar ook compensatie op macroniveau (tekst); ze begrepen wel de hele tekst. Bij Nederlandse leerlingen was het vaak juist andersom: ze deden het prima op woord- en zinsniveau (meso), maar vragen over hoofd- en bijzaken (macro) konden ze niet beantwoorden. Ze lezen keurig, maar weten niet wat ze lezen. Die conclusie leidde tot de profielen die Diataal nu nog steeds hanteert: micro, meso en macro.

Woordenschattoets

De Tekstbegriptoets voor de brugklas die Hacquebord in opdracht van het ministerie van OCW ontwikkelde, was gebaseerd op de inzichten uit haar promotieonderzoek. Daarop volgde de Woordenschattoets, want ook woordenschat is cruciaal voor schoolsucces vooral bij de anderstalige leerlingen. Zij zijn compenserende lezers, net als veel dyslectische leerlingen: ze lezen strategisch goed, begrijpen de tekst, maar missen de woordbetekenis. Woordenschat bouw je op vanuit tekst, maar dan moet je wel stilstaan bij het feit dat je woorden niet kent. Compenserende lezers doen dat niet, die lezen eroverheen. Tot ze tegen de lamp lopen. Compenseren is een prima leesstrategie, maar het helpt je niet verder in de woordverwerving.

Digitale adaptieve toetsen

Met het APS heeft Hacquebord vervolgens een digitale toets ontwikkeld die ook de profielen automatisch zou kunnen uitrekenen. En die zich kon aanpassen aan het niveau van de leerling zonder dat hij of zij dat merkte. Dat was de eerste versie van de huidige adaptieve toetsen. De digitale toets op cd-rom ontwikkelde door in een internetapplicatie. Die applicatie is vervolgens uitgebreid met de Dia-groeiwijzer; een docentenplatform waarin rapportages inzichtelijk worden gemaakt, profielscores getoond en de groeiliniaal die met kleuren de referentieniveaus toont en de potentie van leerlingen visualiseert. Diaplus werd toegevoegd en per referentieniveau gevuld met teksten uit relevante vakgebieden. De teksten kunnen ingezet worden om leerlingen verder te helpen naar het volgende niveau.

Volgtoetsen en de Dia-eindtoets

Diataal heeft altijd gereageerd op vraag vanuit het onderwijs. De start was de Teksbegriptoets voor het voortgezet onderwijs omdat een groep docenten daar specifiek om vroeg bij de minister. Die is uitgebreid met volgtoetsen. Toen op verzoek van de Amsterdamse begeleidingsdienst de brugklastoets ook werd afgenomen in groep 7 en 8 van het primair onderwijs, bleek dat heel goed te werken. Scholen gebruikten de toets graag omdat hij een handelingsperspectief liet zien naast de Cito-toets. Die ontwikkeling mondde uit in de Diaeindtoets voor groep 8 en nu, anno 2020, zijn ook de volgtoetsen voor het primair onderwijs rond. Alle toetsen zijn gevalideerd.

Auteur: Yolanthe van der Ree