Oplossingen voor leerlingen met ondersteuningsbehoeftes     

 

Voor leerlingen met ondersteuningsbehoeftes zijn er een aantal aanpassingen en oplossingen beschikbaar, deze worden in het vervolg beschreven. Welke aanpassingen voor een bepaalde leerling geschikt zijn hangt af van de individuele situatie. Om een indruk te geven staan onderaan deze pagina voor een aantal beperkingen vaak gebruikte aanpassingen samengevat.

 

Adaptief            

Rekenen en Lezen worden in een multistage-vorm met drie fasen getoetst, waarbij de eerste fase voor alle leerlingen gelijk is en de tweede en derde fase adaptief. Op basis van het aantal juist beantwoorde opgaven gaat de leerling naar een module die wat betreft moeilijkheid het best bij de leerling past. 

 

Leesteksten op papier            

De Doortstroomtoets van Dia is digitaal, wel kunnen de teksten voor de leestoets afgedrukt worden.

 

Lettertype geschikt voor leerlingen met dyslexie           

De lettertypes die wij gebruiken voldoen aan de aanbevelingen van het Nederlands Kwaliteitsinstituut voor Dyslexie (NKD).

 

Voorleesfunctie   

Voor onze toetsen is een voorleesfunctie beschikbaar. Hiervoor maken we gebruik van ReadSpeaker, een tekst naar spraaktool met natuurlijke stemmen van hoge kwaliteit.

 

Zoomfunctie      

Leerlingen kunnen zelf de vragen en antwoorden vergroten. Dit werkt door middel van een intuïtief schuifbalkje.

 

Mogelijkheid voor markeren   

Vanaf schooljaar 2024-2025 is het in onze toetsen mogelijk om digitale teksten te markeren. Hiervoor kunnen leerlingen de digitale markeerstift in vier verschillenden kleuren gebruiken.

 

Aanpassingen voor leerlingen die kleurenblind zijn      

Onze toetsen zijn geschikt voor leerlingen die kleurenblind zijn. Bij het opmaken van de toetsomgeving werd gebruik gemaakt van een simulator voor kleurblindheid.

 

Aanpassingen voor leerlingen die slechtziend zijn         

Door de bovengenoemde zoomfunctie kunnen vragen en antwoorden door de leerling vergroot worden.

 

Prikkelarme opmaak   

De digitale leerlingomgeving bevat alleen knoppen, functies en informatie die relevant is. We presenteren maar en vraag per scherm om afleiding te voorkomen.

 

Aanpassingen voor leerlingen met een auditieve beperking     

Vrijwel alle toetsonderdelen zijn geschikt voor leerlingen met een auditieve beperking.  De enige uitzondering is de dictee in het onderdeel taalverzorging.

 

Flexibele afname mogelijk        

De toetsen kunnen naar inzicht van de leekracht achter elkaar of in delen worden afgenomen. 

 

Leerlingen met dyslexie

De Diatoets heeft voor leerlingen met dyslexie een voorleesfunctie. De leerling kan dan bij alle toetsonderdelen de opgaven en tekst voor laten lezen door gebruik te maken van de play-knop. Zorg er dus voor dat deze leerling gedurende de gehele toetsafname over een koptelefoon beschikt. Meer informatie over de voorleesfunctie bij de Diatoets staat in de Dia-groeiwijzer bij ‘Hulp’ > ‘Diatoets’ > ‘Voorleesfunctie Diatoets’. Daarnaast kunnen leerlingen de toetsonderdelen vergroten, extra tijd krijgen en kan een toetsonderdeel opgedeeld worden in meerdere delen. Ook kunnen de teksten van onderdeel lezen geprint worden.

 

Leerlingen met dyscalculie

Leerlingen met dyscalculie kunnen extra tijd krijgen of de toetsonderdelen kunnen in meerdere delen worden afgenomen. De leerlingen mogen bij het toetsonderdeel rekenen uitrekenpapier, maar geen rekenmachine gebruiken. Het is niet toegestaan om tafelkaarten of andere ondersteunende middelen te gebruiken.

 

Leerlingen met een taalontwikkelingsstoornis

De Diatoets heeft voor leerlingen met een taalontwikkelingsstoornis een voorleesfunctie. De leerling kan dan bij alle toetsonderdelen de opgaven en tekst voor laten lezen door gebruik te maken van de play-knop. Zorg er dus voor dat deze leerling gedurende de gehele toetsafname over een koptelefoon beschikt. Meer informatie over de voorleesfunctie bij de Diatoets staat in de Dia-groeiwijzer bij ‘Hulp’ > ‘Diatoets’ > ‘Voorleesfunctie Diatoets’. Daarnaast kunnen leerlingen extra tijd krijgen. Wanneer aangegeven aanpassingen niet voldoen verwijzen wij door naar de DOE-toets of de doorstroomtoets van Route 8.

 

Leerlingen met visuele beperkingen

Voor leerlingen met een visuele beperking is het mogelijk om de toets te vergroten, zowel op de computer als op de tablet/iPad. Daarnaast kunnen de leerling extra tijd krijgen. De Diatoets kan niet aangeboden worden in braille. Hiervoor verwijzen wij door naar de DOE of de IEP doorstroomtoets.

 

Leerlingen met auditieve beperkingen

Bij het toetsonderdeel taalverzorging wordt bij het onderdeel dictee een beroep gedaan op het gehoor van de leerlingen. Het is verstandig om slechthorende leerlingen in een aparte ruimte te toetsen, zodat ze geen last hebben van andere geluiden en met eigen versterkingsapparatuur kunnen meedoen en het geluid op de optimale stand kunnen afstellen. Controleer voorafgaand aan de afname of het geluid goed staat. Dove leerlingen kunnen meedoen met dit onderdeel als de leerkracht het dictee in gebarentaal dicteert. Een overzicht van toegestane en niet-toegestane hulpmiddelen voor leerlingen met auditieve beperkingen staat onderaan. Wanneer aangegeven aanpassingen niet voldoen verwijzen wij door naar de DOE-toets of de doorstroomtoets van Route 8.

 

Hulpmiddelen

Wel Toegestaan 

 •            de hele opgave in NmG aanbieden

•            een (doel)woord onbeperkt herhalen

•            ondersteunende gebaren gebruiken: sandwiching, waarbij het gebaar wordt ingezet om aan leerlingen te verduidelijken om welk doelwoord het gaat (bijvoorbeeld: ‘zeg /kast/, gebaar KAST, zeg /kast/’of ‘zeg /kast/ en maak tegelijkertijd het gebaar KAST’)

•            de leerlingen het doelwoord laten naspreken om te controleren of ze het woord goed hebben begrepen

Niet Toegestaan

•            vingerspelling gebruiken

•            woorden en klanken met nadruk uitspreken (bijvoorbeeld lange klanken langer aanhouden)

•            het aantal letters waaruit een woord bestaat aangeven

•            hulpmiddelen zoals spellingkaarten gebruiken

Indien een leerling een toetsonderdeel in delen maakt, is het belangrijk dat de leerling een geheel toetsonderdeel afmaakt voordat de leerling stopt. Begint de leerling bijvoorbeeld aan het toetsonderdeel rekenen, dan moet dit volledig zijn afgerond voordat hij stopt. Hij kan dan eventueel op een later moment (bv. na een korte pauze) met het toetsonderdeel spelling verder gaan.